Dit is het dak van de Viking. Met 10,5 vierkante meters bijna met zo groot als mijn eerste kamer in amsterdam. Nu nog werkeloos, al is hij goed in het tegenhouden van regen en het binnenhouden van warmte. Hopelijk ergens dit jaar zal ik het potentieel van al deze onbenutte ruimte omzetten in iets nuttigs, zoals een zonnepaneel. Nog even afwachten of de regering nog iets zal besluiten ten aanzien van subsidies...
donderdag 27 maart 2008
Het dak van de Viking
Dit is het dak van de Viking. Met 10,5 vierkante meters bijna met zo groot als mijn eerste kamer in amsterdam. Nu nog werkeloos, al is hij goed in het tegenhouden van regen en het binnenhouden van warmte. Hopelijk ergens dit jaar zal ik het potentieel van al deze onbenutte ruimte omzetten in iets nuttigs, zoals een zonnepaneel. Nog even afwachten of de regering nog iets zal besluiten ten aanzien van subsidies...
woensdag 26 maart 2008
De Viking aan de Kattensingel
Een kleine verhuizing, een paar honderd meter verderop, met beter uitzicht, een eigen parkje en hondenuitlaatgebied. De havenmeester was zo vriendelijk om het water daar aan te sluiten, dus ik ben weer voorzien! Nadelen: de weg is een stuk drukker en het is nu maar liefst vijf minuten naar mijn werk lopen.
zaterdag 22 maart 2008
Scheepskat
Het is weer fris buiten, dus in huize Viking snort het kacheltje onze planeet weer gezellig verder de klimaatcrisis in. Er is worst, warme melk, drank en CO2-uitstoot dus wat ontbreekt er nog? Gezelschap, dus het lijkt me zo leuk om een scheepskat te hebben die op mijn schoot komt spinnen.
Vandaag heb ik daarom een belangrijke stap in die richting gezet. Ik ben naar het dierentehuis in Gouda geweest om daar te kijken naar een kandidaat-adoptiekat. Nu zit Gouda momenteel niet zo ruim in de katten ter overname. Er waren maar liefst twee poezen. Zoals dit zich laat raden waren enkel nog de klootzakjes over.
De een kwam eerst heel geniepig gezellig spinnen en kopjes geven, was helemaal niet schuw, om vervolgens meedogenloos zijn tanden en klauwen in mijn hand te zetten. "Een beetje wild", noemen ze dat, zodat mijn hand er nu uitziet als een bloederige homp pezen, botten en ondefinieerbaar weefsel. Goed, ik overdrijf, maar ik denk dat ik deze toch maar niet neem.
De ander was wat minder psychopatisch, iets ouder, lichtelijk geïnteresseerd, maar wilde eigenlijk het liefst met rust gelaten worden. Na enkele momenten aaien vondtie het wel weer mooi geweest en kwam er een geërgerd geluid uit het dier. Tijd om weer eens op te stappen.
Tot zover de verrichtingen van ome Rinus in het verkrijgen van een scheepskat. Wordt vervolgd.
Vandaag heb ik daarom een belangrijke stap in die richting gezet. Ik ben naar het dierentehuis in Gouda geweest om daar te kijken naar een kandidaat-adoptiekat. Nu zit Gouda momenteel niet zo ruim in de katten ter overname. Er waren maar liefst twee poezen. Zoals dit zich laat raden waren enkel nog de klootzakjes over.
De een kwam eerst heel geniepig gezellig spinnen en kopjes geven, was helemaal niet schuw, om vervolgens meedogenloos zijn tanden en klauwen in mijn hand te zetten. "Een beetje wild", noemen ze dat, zodat mijn hand er nu uitziet als een bloederige homp pezen, botten en ondefinieerbaar weefsel. Goed, ik overdrijf, maar ik denk dat ik deze toch maar niet neem.
De ander was wat minder psychopatisch, iets ouder, lichtelijk geïnteresseerd, maar wilde eigenlijk het liefst met rust gelaten worden. Na enkele momenten aaien vondtie het wel weer mooi geweest en kwam er een geërgerd geluid uit het dier. Tijd om weer eens op te stappen.
Tot zover de verrichtingen van ome Rinus in het verkrijgen van een scheepskat. Wordt vervolgd.
vrijdag 21 maart 2008
Mijn duurste fout
Het weer reflecteert een beetje de stemming van afgelopen week. Het was niet de beste week die ik met de Viking heb gehad, financieel gezien dan. Het is een week die ik liever zo snel mogelijk met een positieve noot, liefst samen met mijn Lief, wil afsluiten.
Er ligt een donkere slagschaduw over mijn bankrekening. De stemming wordt gedrukt door een kwestie die zich al enige tijd voortsleept en die ik vandaag, zo smeek ik Poseidon, afgehandeld hoop te hebben om nooit weer aan terug te denken.
Het is mijn kapitale (letterlijk) fout van € 2562,60. Jawel, mijn vergissing die me ruim twee en een half duizend euro heeft gekost, door een stomme denkfout. En een stomme jachthaven. Ik zit nog een jaar vast aan een ligplaats in de City Marina Rotterdam waar ik waarschijnlijk geen dag meer zal liggen, tenzij er een opgraving om de hoek aldaar komt waar ik kom te werken of als ik werkloos word. Maar de kans daarop is niet erg groot.
Het zit zo, kort samengevat. Ik heb een jaarligplaats in de City Marina Rotterdam, met een contract dat - zoals gewoonlijk voor jaarligplaatsen - automatisch en stilzwijgend wordt verlengd voor het volgende jaar. Nu heb ik afgelopen jaar voor een maand of zeven betaald, maar ik heb er maar een maand gelegen voordat ik naar Zeeland en nu Gouda ben vertrokken. Volgens de HISWA-voorwaarden behorende bij het contract, moet ik uiterlijk drie maanden van tevoren schriftelijk opzeggen om de verlenging van het seizoen 2008- 2009 te kunnen annuleren. Ik was 20 dagen te laat, dus ruimschoots. Ik heb gesmeekt en zielig gedaan en geschreven tot ik een lamme arm had, maar het mocht niet baten. De jachthaven is keihard en laat me gewoon lappen. Iets waar ze het volste recht toe hebben, maar waarmee ze wel een klant hebben verloren. Ik draai mijn rug toe, slinger een gruwelijke hoeveelheid zuur verdiende spaarcenten over het internet richting Rotterdam, klop het stof van mijn voeten en zal voorlopig niet over mijn schouder kijken. Nog even de draaikolken in mijn bankrekening bewonderen en dan mijn oren sluiten voor het vreselijke geluid van een leeglopend afvoerputje.
Ja er zijn diverse mogelijkheden om er nog iets aan te doen. Ik kan de ligplaats misschien onderverhuren door advertenties te zetten op marktplaats of zo, of hopen op een voor mij onwaarschijnlijke, positieve uitspraak door de HISWA-geschillencommissie als ik daar de zaak aanhangig maak. Maar ik wil er nu vanaf, ik heb het gehad, daarom heb ik vandaag de rekening voldaan en de smak geld overgemaakt. Ik heb het nu afgekocht, om er niet meer mee bezig te hoeven zijn.
Waarvan akte.
Er ligt een donkere slagschaduw over mijn bankrekening. De stemming wordt gedrukt door een kwestie die zich al enige tijd voortsleept en die ik vandaag, zo smeek ik Poseidon, afgehandeld hoop te hebben om nooit weer aan terug te denken.
Het is mijn kapitale (letterlijk) fout van € 2562,60. Jawel, mijn vergissing die me ruim twee en een half duizend euro heeft gekost, door een stomme denkfout. En een stomme jachthaven. Ik zit nog een jaar vast aan een ligplaats in de City Marina Rotterdam waar ik waarschijnlijk geen dag meer zal liggen, tenzij er een opgraving om de hoek aldaar komt waar ik kom te werken of als ik werkloos word. Maar de kans daarop is niet erg groot.
Het zit zo, kort samengevat. Ik heb een jaarligplaats in de City Marina Rotterdam, met een contract dat - zoals gewoonlijk voor jaarligplaatsen - automatisch en stilzwijgend wordt verlengd voor het volgende jaar. Nu heb ik afgelopen jaar voor een maand of zeven betaald, maar ik heb er maar een maand gelegen voordat ik naar Zeeland en nu Gouda ben vertrokken. Volgens de HISWA-voorwaarden behorende bij het contract, moet ik uiterlijk drie maanden van tevoren schriftelijk opzeggen om de verlenging van het seizoen 2008- 2009 te kunnen annuleren. Ik was 20 dagen te laat, dus ruimschoots. Ik heb gesmeekt en zielig gedaan en geschreven tot ik een lamme arm had, maar het mocht niet baten. De jachthaven is keihard en laat me gewoon lappen. Iets waar ze het volste recht toe hebben, maar waarmee ze wel een klant hebben verloren. Ik draai mijn rug toe, slinger een gruwelijke hoeveelheid zuur verdiende spaarcenten over het internet richting Rotterdam, klop het stof van mijn voeten en zal voorlopig niet over mijn schouder kijken. Nog even de draaikolken in mijn bankrekening bewonderen en dan mijn oren sluiten voor het vreselijke geluid van een leeglopend afvoerputje.
Ja er zijn diverse mogelijkheden om er nog iets aan te doen. Ik kan de ligplaats misschien onderverhuren door advertenties te zetten op marktplaats of zo, of hopen op een voor mij onwaarschijnlijke, positieve uitspraak door de HISWA-geschillencommissie als ik daar de zaak aanhangig maak. Maar ik wil er nu vanaf, ik heb het gehad, daarom heb ik vandaag de rekening voldaan en de smak geld overgemaakt. Ik heb het nu afgekocht, om er niet meer mee bezig te hoeven zijn.
Waarvan akte.
donderdag 20 maart 2008
Geld als water
Mijn waterverbruik ligt op ruwweg 50 liter per dag. Dat is inclusief douchen en eens per week de was doen, maar met een tankinhoud van 800 liter moet ik zo eens in de twee weken mijn watervoorraad bijvullen. Die tank gebruik ik niet helemaal leeg anders gaat de hydrofoor droogpompen. De hydrofoor is trouwens de waterpomp die de waterleiding onder druk houdt, hij wordt ook wel gebruikt bij hoge gebouwen waar het water helemaal omhoog moet. Om dan op de tigste verdieping toch de wc door te kunnen spoelen gebruiken ze dan ook een hydrofoor.
Nu begin ik de nadelen van de jachthaven in Gouda in te zien - of om waar dit eigenlijk de meeste jachthavens buiten het vaarseizoen betreft. Vanwege de vorst is namelijk het water nog niet aangesloten. De waterleiding wordt in oktober of iets dergelijks afgesloten en geleegd omdat die anders barst als het gaat vriezen. Geen water uit de waterkast op 12 meter afstand voor de Viking dus voorlopig.
Het bouwterrein aan de overkant was ook al niet zo vriendelijk om mij bij hun water te laten bijvullen. Dit was gemakkelijk geweest, ik heb slangen genoeg en anders is er wel een geduldige praxis in de buurt waarmee ik mijn waterslanglengte kan vergroten van 60 naar 90 meter. Maar helaas, ik kreeg nul op rekest bij de buren.
Om de inmiddels nijpende situatie (het valt trouwens nog wel wat mee hoor, ik kan douchen op mijn werk, een ongekende kampeerluxe) wat lucht te geven, ben ik vandaag aan de sjouw geweest met jerrycans met theewater in spe. Bij de hagelnieuwe kampeerwinkel de Vrijbuiter aan de rand van Gouda heb ik daarom een goedkope 25 liter drinkwatertank gekocht en ben ik op en neer gegaan tussen het opgravingsterrein en de Viking. Wat een gezeik zeg. Vijf keer sjouwen met een liter of 20 aan water, waarvan ik er ook nog een deel mors, en nog kan ik hiermee maar een keer of drie douchen tijdens de paasdagen als ik het kort hou.
Daarom denk ik onmiddellijk aan allerlei oplossingen terwijl ik loop te zeulen. Er zijn vele systemen om drinkwater te maken. Sommige zijn erg geavanceerd en duur, zoals die van Schenker, die kost al gauw ruim € 5000,-. Die kosten haal ik er nooit uit in mijn leven. Haalbaarder zijn filters van 3m, kijk bijvoorbeeld hier (pdf) als hij het nog doet. Die zijn niet zo duur, een 0,2 micronfiltersysteem kost iets van € 200,- met een vervangend filter voor € 100,-. Met 0,2 micron worden vuil en bacteriën gefilterd tot er drinkbaar water overblijft. Zo'n filter maakt tot 7500 liter water, dus zeg maar €1,33 per 100 liter. Met jachthavenprijzen van tussen de €0,50 en €1,- per 100 l. is dit wel wat duurder, maar het betekent dat ik ook geen jachthaven meer nodig heb om in mijn drinkwater te voorzien. En dan kan ik met één filter een half jaar in mijn drinkwater voorzien.
Ik reken even verder, dit is een hobby die ik vaak en graag beoefen. Als ik een grover filter neem, van 5 micron, dan kunnen er nog wel bacteriën, schimmels en algen door. Een dergelijk filter is wel goedkoper, slechts € 50,- met dezelfde filtercapaciteit als die hierboven is beschreven. Die kan ik combineren met een UV-filter, deze 'bestraalt' het water tot alles wat erin zit, dood is. UV-filters zijn al te krijgen vanaf € 400,- (van Pura) en die kosten heb ik er dus na drie jaar en vier maanden uit (€400 /50 * 7500 l. = 60000 l. /50l./d. = 1200 dagen = 3,29 jaar), in vergelijking met het 0,2 micron filter. Mijn water kost dan nog maar €0,66 per 100 liter, goedkoper dan veel jachthavens (al is het vaak ook gratis). Wat ik nog moet uitzoeken is hoe lang zo'n uv-lamp mee gaat.
Tijd om eens te gaan denken over een systeempje, waar het meestal ook bij blijft. Maar nu ga ik paaseieren eten tot ik misselijk ben.
Nu begin ik de nadelen van de jachthaven in Gouda in te zien - of om waar dit eigenlijk de meeste jachthavens buiten het vaarseizoen betreft. Vanwege de vorst is namelijk het water nog niet aangesloten. De waterleiding wordt in oktober of iets dergelijks afgesloten en geleegd omdat die anders barst als het gaat vriezen. Geen water uit de waterkast op 12 meter afstand voor de Viking dus voorlopig.
Het bouwterrein aan de overkant was ook al niet zo vriendelijk om mij bij hun water te laten bijvullen. Dit was gemakkelijk geweest, ik heb slangen genoeg en anders is er wel een geduldige praxis in de buurt waarmee ik mijn waterslanglengte kan vergroten van 60 naar 90 meter. Maar helaas, ik kreeg nul op rekest bij de buren.
Om de inmiddels nijpende situatie (het valt trouwens nog wel wat mee hoor, ik kan douchen op mijn werk, een ongekende kampeerluxe) wat lucht te geven, ben ik vandaag aan de sjouw geweest met jerrycans met theewater in spe. Bij de hagelnieuwe kampeerwinkel de Vrijbuiter aan de rand van Gouda heb ik daarom een goedkope 25 liter drinkwatertank gekocht en ben ik op en neer gegaan tussen het opgravingsterrein en de Viking. Wat een gezeik zeg. Vijf keer sjouwen met een liter of 20 aan water, waarvan ik er ook nog een deel mors, en nog kan ik hiermee maar een keer of drie douchen tijdens de paasdagen als ik het kort hou.
Daarom denk ik onmiddellijk aan allerlei oplossingen terwijl ik loop te zeulen. Er zijn vele systemen om drinkwater te maken. Sommige zijn erg geavanceerd en duur, zoals die van Schenker, die kost al gauw ruim € 5000,-. Die kosten haal ik er nooit uit in mijn leven. Haalbaarder zijn filters van 3m, kijk bijvoorbeeld hier (pdf) als hij het nog doet. Die zijn niet zo duur, een 0,2 micronfiltersysteem kost iets van € 200,- met een vervangend filter voor € 100,-. Met 0,2 micron worden vuil en bacteriën gefilterd tot er drinkbaar water overblijft. Zo'n filter maakt tot 7500 liter water, dus zeg maar €1,33 per 100 liter. Met jachthavenprijzen van tussen de €0,50 en €1,- per 100 l. is dit wel wat duurder, maar het betekent dat ik ook geen jachthaven meer nodig heb om in mijn drinkwater te voorzien. En dan kan ik met één filter een half jaar in mijn drinkwater voorzien.
Ik reken even verder, dit is een hobby die ik vaak en graag beoefen. Als ik een grover filter neem, van 5 micron, dan kunnen er nog wel bacteriën, schimmels en algen door. Een dergelijk filter is wel goedkoper, slechts € 50,- met dezelfde filtercapaciteit als die hierboven is beschreven. Die kan ik combineren met een UV-filter, deze 'bestraalt' het water tot alles wat erin zit, dood is. UV-filters zijn al te krijgen vanaf € 400,- (van Pura) en die kosten heb ik er dus na drie jaar en vier maanden uit (€400 /50 * 7500 l. = 60000 l. /50l./d. = 1200 dagen = 3,29 jaar), in vergelijking met het 0,2 micron filter. Mijn water kost dan nog maar €0,66 per 100 liter, goedkoper dan veel jachthavens (al is het vaak ook gratis). Wat ik nog moet uitzoeken is hoe lang zo'n uv-lamp mee gaat.
Tijd om eens te gaan denken over een systeempje, waar het meestal ook bij blijft. Maar nu ga ik paaseieren eten tot ik misselijk ben.
woensdag 19 maart 2008
Nieuwe stopcontacten
Iedere dag brengt wel iets nieuws momenteel in gouda. Gisteren heb ik de een na laatste hand gelegd aan de nieuwe stopcontacten naast de kajuitdeur aan stuurboordzijde. In stemmig antraciet, wat veel beter bij het interieur past dan de knalwitte exemplaren elders in het schip. Inclusief nieuwe lichtschakelaar voor de lampen boven de eettafel.
De oplettende Vikingfan zal twee (of misschien wel meer) zaken opvallen. Ten eerste het kastje, die is moeilijk te missen. Dit is mijn nieuwe kastje dat mijn concubine en ik om de hoek bij een antiekzaak hebben gekocht. Slechts € 125,- met gratis poets. Een echt mooi teakhouten kastje voor drank en koekjes en theelichtjes.
Tweede opvallende element is het gat boven het meest linkse stopcontact. Dit is er op brute wijze in gezaagd (niet door mij) om plaats te maken voor het stopcontact dat er voorheen hing, maar door mij verwijderd is... Het zou nog wel eens handig kunnen uitkomen voor lastige stekkers dus ik laat het voorlopig maar intact.
maandag 17 maart 2008
Rein, de mobiele blogger
By the way, het vorige bericht is geheel en al met behulp van mijn nieuwe super-telefoon gemaakt en verstuurd. De foto kwam ook van het praatstaal, die dus de mogelijkheid biedt om via blogger berichten te publiceren. Met een paar drukken op wat knoppen. Erg leuk.
Maar zoals jullie zien, is na al het vaarverslaggeweld de nautische storm weer wat geluwd en kunnen jullie weer de gezapige kluslogjes tegemoet zien. Ik begin in Gouda vroeg met werken en ben ook vroeg weer thuis, zodat ik weer eens de gelegenheid heb om door de weeks flink aan het schip bezig te gaan. Ik verwacht wee frekwenter te klussen en te loggen.
Op het werk is trouwens een douche, een heel prettige, en dit bespaart mij het een en ander. Ik hoef niet te gaan zeuren bij de gemeentehavenmeester om vervroegd het water aan te sluiten. Normaliter wordt dit tegelijk met de "opening" van het vaarseizoen (een variabel aantal weken na de HISWA-beurs) aangesloten, maar mijn watertank is zo goed als leeg. Nu ik kan douchen op de opgraving heb ik mijn grootste waterconsumptiebron al afgedekt, dus ik kan nog wel even 'kamperen' aan boord.
Het zet mij wel aan het denken over de voorzieningen die ik voor het schip wil treffen. Ik streef eigenlijk naar volledige autonomie, voor alle basale behoeftes. Voor elektriciteit wil ik niet meer aangewezen zijn op de walstroom, maar wil ik zonnepanelen. Voor warm water ben ik nog aan het twijfelen, ofwel een extra zonnepaneel voor de elektrische boiler zal uitkomst bieden, ofwel een zonneboiler die het water met zonlicht verwarmt. De laatste optie is allicht goedkoper als ik het zelf bouw, maar deze is ook aanzienlijk ingewikkelder. Geïsoleerde leidingen, verf, lichtbakken, cv-pompen, overdrukketels en andere ongein moeten worden aangelegd, werk voor een goede week denk ik zo. Extra zonnepanelen is duurder (een slordige €1200 om flink te kunnen stoken, misschien red ik het ook wel met een wat goedkopere configuratie) maar wel veel eenvoudiger om te monteren.
De watervoorziening is een ander punt. Nu zijn er goede filters op de markt waarmee ik het tamelijk gore water van de Goudse gracht kan filteren tot drinkbaar water. Dit lijkt me prachtig, niet meer water bijvullen door geklooi met slangen en vuldoppen, maar een automatisch systeem dat de tank bijvult met gefilterd water. Af en toe een filtertje vervangen en weer verder.
Maar dat is allemaal nog toekomstmuziek. Eerst nog maar eens een pijpje stoppen.
Maar zoals jullie zien, is na al het vaarverslaggeweld de nautische storm weer wat geluwd en kunnen jullie weer de gezapige kluslogjes tegemoet zien. Ik begin in Gouda vroeg met werken en ben ook vroeg weer thuis, zodat ik weer eens de gelegenheid heb om door de weeks flink aan het schip bezig te gaan. Ik verwacht wee frekwenter te klussen en te loggen.
Op het werk is trouwens een douche, een heel prettige, en dit bespaart mij het een en ander. Ik hoef niet te gaan zeuren bij de gemeentehavenmeester om vervroegd het water aan te sluiten. Normaliter wordt dit tegelijk met de "opening" van het vaarseizoen (een variabel aantal weken na de HISWA-beurs) aangesloten, maar mijn watertank is zo goed als leeg. Nu ik kan douchen op de opgraving heb ik mijn grootste waterconsumptiebron al afgedekt, dus ik kan nog wel even 'kamperen' aan boord.
Het zet mij wel aan het denken over de voorzieningen die ik voor het schip wil treffen. Ik streef eigenlijk naar volledige autonomie, voor alle basale behoeftes. Voor elektriciteit wil ik niet meer aangewezen zijn op de walstroom, maar wil ik zonnepanelen. Voor warm water ben ik nog aan het twijfelen, ofwel een extra zonnepaneel voor de elektrische boiler zal uitkomst bieden, ofwel een zonneboiler die het water met zonlicht verwarmt. De laatste optie is allicht goedkoper als ik het zelf bouw, maar deze is ook aanzienlijk ingewikkelder. Geïsoleerde leidingen, verf, lichtbakken, cv-pompen, overdrukketels en andere ongein moeten worden aangelegd, werk voor een goede week denk ik zo. Extra zonnepanelen is duurder (een slordige €1200 om flink te kunnen stoken, misschien red ik het ook wel met een wat goedkopere configuratie) maar wel veel eenvoudiger om te monteren.
De watervoorziening is een ander punt. Nu zijn er goede filters op de markt waarmee ik het tamelijk gore water van de Goudse gracht kan filteren tot drinkbaar water. Dit lijkt me prachtig, niet meer water bijvullen door geklooi met slangen en vuldoppen, maar een automatisch systeem dat de tank bijvult met gefilterd water. Af en toe een filtertje vervangen en weer verder.
Maar dat is allemaal nog toekomstmuziek. Eerst nog maar eens een pijpje stoppen.
Isolatie heteluchtkanaal dieselkachel
Vandaag heb ik weer een goede slag gestreden in het grote isolatieplan. Achter het fel glimmende aluminium in de foto schuilt steenwol dat voorkomt dat het kanaal waar de warme lucht van de dieselkachel langs stroomt, teveel afkoelt. Het kanaal zelf is een eenvoudige flexibele pijp, die veel van de warmte verliest aan de motorruimte. Die warmte kan ik beter in de kajuit gebruiken.
dinsdag 11 maart 2008
Deel 2 van de avonturen van de Viking van Vlissingen naar Gouda
Jullie hebben nog het vervolg van de tweedaagse tocht van Vlissingen naar Gouda tegoed. Ik kan niet beloven dat het zo spectaculair (of uitgebreid) is als de eerste etappe, maar er zit toch nog pret voor de hele familie in. Beloof ik.
Allereerst moet ik toegeven dat ik mij opnieuw heb vergist in de tijdsplanning. Om diverse redenen hadden we toch nog een uur of zeven nodig om op de plek van bestemming te komen. Ten eerste was de tocht verlengd met een kilometer of twaalf omdat we in eerste instantie de eerste etappe van dag 1 hadden gemikt op de jachthaven van Schiedam in plaats van die van Maassluis waarnaar we zijn uitgeweken vanwege het invallend duister. Deze twaalf kilometer extra was bovendien pal tegen de ebstroom in. De Maas is in het Rotterdamse havengebied een getijdengebied - er is geen sluis tussen de Noordzee en de Maasmond. Zo gunstig als het tij in Vlissingen ons gezind was, zo onhandig was het nu vanuit Maassluis. Ten derde hebben we een goed half uur onnodig oponthoud gehad bij de Julianasluizen voor Gouda. Hierover verderop meer.
Het was een schommelige nacht geweest. De buitenhaven van Maassluis is niet alleen getijdenwater maar ook onderhevig aan diverse golfbewegingen veroorzaakt door de drukke beroepsvaart. Wegvaren de ochtend erop bleek ook niet vanzelf te gaan: de Maas was dusdanig ondergedompeld in een dichte deken van mist dat je de overkant van het haventje nauwelijks kon zien, laat staan het verkeer op de waterweg. Mist is erg gevaarlijk voor schepen, laat staan voor kleine jachtjes zonder radar en nauwelijks marifoonervaring op het drukke Maaswater - de ideale ingrediënten voor een aanvaring. De bedoelde afvaart om half tien was dus niet haalbaar, ondanks dat de bemanning voor die dag - Harmen, Ellen, Eefke en ik - compleet was. Eerst maar eens een kopje thee.
Gelukkig begon het na tienen al zichtbaar op te trekken. Het drukke marifoonverkeer werd hoorbaar minder en ook de beroepsvaart moet opgelucht adem hebben gehaald, ik kan me niet voorstellen dat schippers erg op hun gemak hun lading vervoerd moeten hebben. Rond half elf was de mist zover opgelost dat ik ver genoeg de Maas op kon kijken en werden de trossen losgegooid.
De Rotterdamse haven was een belevenis, waaraan de hernieuwde ontdekking van de marifoon alleen maar bijdroeg. Enorme zeeschepen voeren ons voorbij, druk verkeer in en uit de diverse havens hieldens ons op onze hoede. We voeren langs het 160-meter hoge boorplatform dat voor reparatie in de haven lag. We maakten een grote slinger bij de Maashaven om beroepsvaart voor te laten gaan. We namen geen deel aan het marifoonverkeer maar we werden wel opgemerkt: de beroepsvaart sprak over een "klein contactje" dat tussen al het grote schepengeweld doorslalomde.
Na een indrukwekkende tocht over de Maas namen we na de van Brienenoord de eerste links. Dat wil zeggen, van het drukke Maasverkeer over op het nauwere en rustigere water van de Hollandse IJssel. Een blik over de schutting bij JP de MP (wonende in Capelle a/d IJssel) en de Julianasluizen kwamen al in zicht. De beroepsvaart gaat altijd voor, dus we hebben de Viking eerst afgemeerd aan een steigertje vlakbij, de enige praktische plek waar we het schip even konden parkeren. Het aanleggen ging hier nog een beetje moeizaam, wat veel te maken had met de steiger zelf. Er moest gebruik gemaakt worden van een lantaarnpaal, want goede bolders waren er niet te bekennen. Ook het sluisverkeer ging niet zo soepel. Nadat we ons over de marifoon gemeld hadden bij de sluiswachter, gaf deze te melden dat we even moesten wachten op de beroepsvaart. Niet wetende hoe ruim de sluis was, wachtten wij keurig tot het schip volledig geschut was. Vervolgens wachtten we een kwartier en nog kregen wij geen groen licht meer voor de sluis. Na enig overleg over de marifoon bleek het om een misverstand te gaan, de sluiswachter had van ons verwacht dat we direct achter de binnenvaarder aan waren gevaren de sluis in, waar wij iets te keurig hadden gewacht. Onduidelijkheid alom en waarom de sluiswachter niet even heeft geïnformeerd waar wij bleven is mij ook niet duidelijk geworden.
Bij de sluis hebben we wat tijd verloren, waardoor de doorvaart door de twee andere bruggen en de tweede (ing. van Leeuwen) sluis nog even in tijdnood kwam. Een hoop getelefoneer en gemarifoneer later was de stress nog niet helemaal geweken. Nu bleek het volgende kunstwerk (de scheepvaartterm voor obstakels) de Steve Bikobrug in onderhoud te zijn, het werd betwijfeld of deze voor ons geopend kon worden. Het prettige van de marifoon is wel dat je heel snel contact kan krijgen met de juiste instantie, zodat overleg nu snel en gemakkelijk verliep. Ze waren klaar met de onderhoudswerkzaamheden en konden nu mooi testen of de brug wel draaide. Ik kneep hem toch wel een beetje want geen brugopening betekende afmeren vóór de brug en pas zaterdag het schip naar zijn eindbestemming brengen. De weersvoorspelling voor zaterdag was echter niet mals, met stormwaarschuwingen en heftige windstoten. Niet bepaald prettige omstandigheden om een schip van 16 meter zonder boegschroef door de grachten van Gouda te manouvreren. Het ging gelukkig allemaal van een leien dakje, de brug ging open, de ing. Cock van Leeuwensluis was snel afgehandeld (verval: een centimeter of twee!) en ook de laatste brug ging spoedig voor ons open.
Ook het afmeren hier was nog even een klusje. De beschikbare ligplaatsen aan de turfsingelgracht waren zeer beperkt, gelukkig was er nog eentje richting de Vlamingstraat vrij waar ik ook de stekker in de walstroomkast kon prikken. We hebben het schip meteen met de neus de goede kant op gelegd, richting uitgang, wat nog behoorlijk wat duwen en trekken was. De gracht is een meter of 20 breed, het schip 16 meter lang, zodat de Viking met de hand gedraaid moest worden. Nu is het nog best even sleuren aan een blok staal van 30 ton, maar dit ging wel érg moeizaam. De kont wilde niet dichter tegen de kant en de draaicirkel was maar net groot genoeg om de boeg rond te krijgen.
Een akelig schrapend geluid maakte duidelijk wat het probleem was: de waterdiepte! Met zijn 1,2 meter diepgang schraapte de Viking over puin of iets dergelijks op de bodem van de gracht en het achterschip hebben we uiteindelijk niet tegen de kade kunnen krijgen. Een kleine tegenvaller, ik had voor een gemeentehaven toch op iets betere zorg voor het vaarwater gehoopt. Ik hoop dat ik niks beschadigd heb aan mijn schip, maar alles ging heel gemoedelijk en op ons gemak dus ik verwacht van niet. Schade aan het roer is niet iets om te lachen en zou een vervroegde gang naar een dok kunnen betekenen. Bidden en hopen en goed opletten op de reactie van het roer bij de volgende afvaart.
Nu lig ik inmiddels alweer twee weken op mijn nieuwe stek en heb ik het redelijk voor elkaar. Ik heb gratis stroom (in aaneengesloten periodes van 6 uur, met een druk op de knop te verlengen) en het opgravingsterrein kan ik vanuit de Viking zien liggen! Tijd om weer eens wat te klussen, vrienden in de Randstad te bezoeken en Gouda eens te verkennen...
Allereerst moet ik toegeven dat ik mij opnieuw heb vergist in de tijdsplanning. Om diverse redenen hadden we toch nog een uur of zeven nodig om op de plek van bestemming te komen. Ten eerste was de tocht verlengd met een kilometer of twaalf omdat we in eerste instantie de eerste etappe van dag 1 hadden gemikt op de jachthaven van Schiedam in plaats van die van Maassluis waarnaar we zijn uitgeweken vanwege het invallend duister. Deze twaalf kilometer extra was bovendien pal tegen de ebstroom in. De Maas is in het Rotterdamse havengebied een getijdengebied - er is geen sluis tussen de Noordzee en de Maasmond. Zo gunstig als het tij in Vlissingen ons gezind was, zo onhandig was het nu vanuit Maassluis. Ten derde hebben we een goed half uur onnodig oponthoud gehad bij de Julianasluizen voor Gouda. Hierover verderop meer.
Het was een schommelige nacht geweest. De buitenhaven van Maassluis is niet alleen getijdenwater maar ook onderhevig aan diverse golfbewegingen veroorzaakt door de drukke beroepsvaart. Wegvaren de ochtend erop bleek ook niet vanzelf te gaan: de Maas was dusdanig ondergedompeld in een dichte deken van mist dat je de overkant van het haventje nauwelijks kon zien, laat staan het verkeer op de waterweg. Mist is erg gevaarlijk voor schepen, laat staan voor kleine jachtjes zonder radar en nauwelijks marifoonervaring op het drukke Maaswater - de ideale ingrediënten voor een aanvaring. De bedoelde afvaart om half tien was dus niet haalbaar, ondanks dat de bemanning voor die dag - Harmen, Ellen, Eefke en ik - compleet was. Eerst maar eens een kopje thee.
Gelukkig begon het na tienen al zichtbaar op te trekken. Het drukke marifoonverkeer werd hoorbaar minder en ook de beroepsvaart moet opgelucht adem hebben gehaald, ik kan me niet voorstellen dat schippers erg op hun gemak hun lading vervoerd moeten hebben. Rond half elf was de mist zover opgelost dat ik ver genoeg de Maas op kon kijken en werden de trossen losgegooid.
De Rotterdamse haven was een belevenis, waaraan de hernieuwde ontdekking van de marifoon alleen maar bijdroeg. Enorme zeeschepen voeren ons voorbij, druk verkeer in en uit de diverse havens hieldens ons op onze hoede. We voeren langs het 160-meter hoge boorplatform dat voor reparatie in de haven lag. We maakten een grote slinger bij de Maashaven om beroepsvaart voor te laten gaan. We namen geen deel aan het marifoonverkeer maar we werden wel opgemerkt: de beroepsvaart sprak over een "klein contactje" dat tussen al het grote schepengeweld doorslalomde.
Na een indrukwekkende tocht over de Maas namen we na de van Brienenoord de eerste links. Dat wil zeggen, van het drukke Maasverkeer over op het nauwere en rustigere water van de Hollandse IJssel. Een blik over de schutting bij JP de MP (wonende in Capelle a/d IJssel) en de Julianasluizen kwamen al in zicht. De beroepsvaart gaat altijd voor, dus we hebben de Viking eerst afgemeerd aan een steigertje vlakbij, de enige praktische plek waar we het schip even konden parkeren. Het aanleggen ging hier nog een beetje moeizaam, wat veel te maken had met de steiger zelf. Er moest gebruik gemaakt worden van een lantaarnpaal, want goede bolders waren er niet te bekennen. Ook het sluisverkeer ging niet zo soepel. Nadat we ons over de marifoon gemeld hadden bij de sluiswachter, gaf deze te melden dat we even moesten wachten op de beroepsvaart. Niet wetende hoe ruim de sluis was, wachtten wij keurig tot het schip volledig geschut was. Vervolgens wachtten we een kwartier en nog kregen wij geen groen licht meer voor de sluis. Na enig overleg over de marifoon bleek het om een misverstand te gaan, de sluiswachter had van ons verwacht dat we direct achter de binnenvaarder aan waren gevaren de sluis in, waar wij iets te keurig hadden gewacht. Onduidelijkheid alom en waarom de sluiswachter niet even heeft geïnformeerd waar wij bleven is mij ook niet duidelijk geworden.
Bij de sluis hebben we wat tijd verloren, waardoor de doorvaart door de twee andere bruggen en de tweede (ing. van Leeuwen) sluis nog even in tijdnood kwam. Een hoop getelefoneer en gemarifoneer later was de stress nog niet helemaal geweken. Nu bleek het volgende kunstwerk (de scheepvaartterm voor obstakels) de Steve Bikobrug in onderhoud te zijn, het werd betwijfeld of deze voor ons geopend kon worden. Het prettige van de marifoon is wel dat je heel snel contact kan krijgen met de juiste instantie, zodat overleg nu snel en gemakkelijk verliep. Ze waren klaar met de onderhoudswerkzaamheden en konden nu mooi testen of de brug wel draaide. Ik kneep hem toch wel een beetje want geen brugopening betekende afmeren vóór de brug en pas zaterdag het schip naar zijn eindbestemming brengen. De weersvoorspelling voor zaterdag was echter niet mals, met stormwaarschuwingen en heftige windstoten. Niet bepaald prettige omstandigheden om een schip van 16 meter zonder boegschroef door de grachten van Gouda te manouvreren. Het ging gelukkig allemaal van een leien dakje, de brug ging open, de ing. Cock van Leeuwensluis was snel afgehandeld (verval: een centimeter of twee!) en ook de laatste brug ging spoedig voor ons open.
Ook het afmeren hier was nog even een klusje. De beschikbare ligplaatsen aan de turfsingelgracht waren zeer beperkt, gelukkig was er nog eentje richting de Vlamingstraat vrij waar ik ook de stekker in de walstroomkast kon prikken. We hebben het schip meteen met de neus de goede kant op gelegd, richting uitgang, wat nog behoorlijk wat duwen en trekken was. De gracht is een meter of 20 breed, het schip 16 meter lang, zodat de Viking met de hand gedraaid moest worden. Nu is het nog best even sleuren aan een blok staal van 30 ton, maar dit ging wel érg moeizaam. De kont wilde niet dichter tegen de kant en de draaicirkel was maar net groot genoeg om de boeg rond te krijgen.
Een akelig schrapend geluid maakte duidelijk wat het probleem was: de waterdiepte! Met zijn 1,2 meter diepgang schraapte de Viking over puin of iets dergelijks op de bodem van de gracht en het achterschip hebben we uiteindelijk niet tegen de kade kunnen krijgen. Een kleine tegenvaller, ik had voor een gemeentehaven toch op iets betere zorg voor het vaarwater gehoopt. Ik hoop dat ik niks beschadigd heb aan mijn schip, maar alles ging heel gemoedelijk en op ons gemak dus ik verwacht van niet. Schade aan het roer is niet iets om te lachen en zou een vervroegde gang naar een dok kunnen betekenen. Bidden en hopen en goed opletten op de reactie van het roer bij de volgende afvaart.
Nu lig ik inmiddels alweer twee weken op mijn nieuwe stek en heb ik het redelijk voor elkaar. Ik heb gratis stroom (in aaneengesloten periodes van 6 uur, met een druk op de knop te verlengen) en het opgravingsterrein kan ik vanuit de Viking zien liggen! Tijd om weer eens wat te klussen, vrienden in de Randstad te bezoeken en Gouda eens te verkennen...
zondag 9 maart 2008
DUBBELDIK AVONTUUR de Viking naar Gouda!
Nieuwe stad, nieuwe blog. Nieuwe blogsite zelfs. Dit heeft voornamelijk te maken met mijn nieuwe telefoon, waarmee ik vanaf mijn bootje kan internetten. Jawel, ik ben in Gouda noodgedwongen af van de KPN WiFi die mij zo trouw heeft bijgestaan in de Zeeuwse tijden, hier in Gouda hebben ze het niet. Althans niet in de gemeentelijke haven, waar ik na een voorspoedige reis lig.
UMTS is geweldig en ik prijs mij gelukkig dat ik deze tijden van tomeloos consumptief gedrag kan deelnemen aan het najagen van materiële zaken. Dit gecombineerd met mijn internetverslaving (ik zal het maar ruiterlijk toegeven) heeft dit geresulteerd in een nieuw telefoonabonnement met onbeperkt internetgebruik voor € 7,- p.m. (tijdelijke aanbieding van Telfort) en een telefoon (Sony Ericsson K800i) die zelf blogposts, bij Blogger welteverstaan, kan aanmaken met bijbehorende foto. Can you say "I am a consumer whore"?
Maar goed, nog even iets over de reis, want ondanks dat ik velen van jullie al heb gesproken, is het toch leuk om mijn avonturen van een week geleden nog even de revu te laten passeren. Want avonturen waren het, echt heus waar.
Donderdag 28 februari. Het vertrek vanuit Vlissingen is voorspoedig verlopen, om 9:15 dus een kwartiertje later dan gepland. Niets bijzonders hier, vertrek voor de Viking is toch een soort verhuizing en over het algemeen loopt het vertrek vaak een half uur uit, als het niet meer is. Dat is niet erg, dat is ingecalculeerd en ik maak toch geen andere afspraken voor die dag, varen zelf is nog intensief genoeg.
Alle checklists nagelopen, olie gecontroleerd, walstroom afgekoppeld, luchtfilter schoongemaakt, fietsen aan boord, jachthaven afgerekend, boodschappen gedaan, water bijgevuld, auto naar de sloop gebracht (snif), reddingsmiddelen gekocht, vaantje gehesen, vader aan boord, Marco aan boord, havendeur open en varen maar. Toch een spannend moment, de Viking het ruime sop te laten kiezen, afgezien van het korte stukje van het kanaal door Walcheren naar de Vlissingse Michiel de Ruyterhaven had ik nog niet met de Viking op zee gevaren. Daar komt bij dat de Westerschelde toch niet echt open zee is. Dat merkten we toen we het Oostgat uitvoeren - de geul die de Westerschelde verbindt met de Noordzee. De zee werd gladder en de Viking begon te schommelen op de kalme deining van de zee. En knap te schommelen ook. Ondanks dat we met de beste weersomstandigheden onze zeetocht zijn aangegaan - windkracht 2 à 3 met goed zicht - rolde de Viking met soms een hoek van wel een graad of 40 heen en weer. Alles wat los stond, is omgevallen of verschoven, maar niets gebroken wat toch wel opmerkelijk is.
Dit geschommel was in de stuurhut draaglijk, maar toen ik eenmaal naar de kombuis was gegaan om thee en koffie te zetten, was het raak. In de schommelende keuken zonder horizon begon mijn evenwichtsorgaan te protesteren. Nog net op tijd klom ik weer uit de kajuit, met koffie en thee (missie geslaagd) maar was ik ook zwaar toe aan een zeeziektepilletje.
De tocht verliep tot aan de Maasmond verder voorspoedig met als enige aanmerking dat we minder vaart liepen dan ik had gedacht. De afstand tussen cardinale zeebetonning SH-S en "Hinder" bedraagt bij benadering acht zeemijl, deze afstand hebben we in 1:20 h afgelegd. Dit komt neer op een snelheid van 6 knopen (ongeveer 11 km/h) over de grond, wat behoorlijk onder mijn gegiste gemiddelde van een knoop of 7 à 8 voor de binnenwateren ligt. Dit terwijl we de DAF-motor zelfs nog iets meer de sporen hebben gegeven dan ik normaal zou doen. Misschien heeft het te maken met het geschommel, dat het schip hiermee met meer weerstand door het water liep of dat de schroef minder efficient het water kon verzetten.
Anyway, ik was toch blij toen de monding van de Maas in zicht kwam. De tocht was interessant over zee, maar echt leuk was het niet. Er was weinig van de Zeeuwse eilanden te zien en vooral de grote fabrieken en windmolens van Zuid-Holland boden uitzicht en houvast als herkenningspunten. Dit op zichzelf was handig voor navigatie aangezien het scheepskompas niet van de beste kwaliteit is, deze gaf nogal een miswijzing. Maar erg boeiend was het uitzicht eerlijk gezegd na enkele uren varen over de spiegelgladde zee niet meer.
De Maas ontving ons minder met open armen dan we hadden verwacht. Voor de monding patrouilleerde de RPA-15, een schip van de Rotterdamse Havenauthoriteiten. Na een head-on ramkoers te hebben gekozen, draaide het schip op een gegeven moment bij en kwam langszij. Een man in havenuniform kwam naar buiten en probeerde ons te woord te staan. Dit ging maar ternauwernood, ondanks het rustige weer maar door de spanning van wat ons nu aan het overkomen was, het geschommel, de afstand en het geronk van de motoren konden de beste man zich maar nauwelijks aan mij verstaanbaar maken. Een megafoon bood uitkomst. Waar we vandaan kwamen, waar we naartoe gingen, hoeveel opvarenden we aan boord hadden, of we navigatieverlichting hadden (het zou in een uur donker worden) en of we een marifoon aan boord hadden. Na met kloppend hart en knikkende knieën luidkeels zo goed mogelijk antwoord te hebben gegeven hanteerde ik voor het eerst de marifoon.
"Sector Maasmond aan de Viking"
- "Hier de Viking" ...
De exacte bewoording van het gesprek kan ik mij niet precies voor de geest halen, maar ik weet wel dat het lastig genoeg is om je eerste echte gesprek te voeren op een van de drukste vaarwateren ter wereld onder begeleiding van een toch best wel intimiderend havenauthoriteitschip. Maar het werkt op de Maas ongeveer zo (zoals ik die middag heb uitgevonden): de Maas is opgedeeld in een aantal sectoren die je als binnenvarend schip passeert. Iedere sector wordt in de gaten gehouden door een toezichthouder die, eigenlijk net als een verkeerstoren op een vliegveld, het vaarverkeer begeleidt en in de gaten houdt. Het probleem wat wij vormden, was dat wij hadden gepoogd te landen op een knap druk vliegveld zonder ons te melden bij de flight controller. Dat wordt niet zo op prijs gesteld.
Tegen de tijd dat de formaliteiten waren afgehandeld, was het al rijkelijk laat voor Marco om zijn college te halen, zodat we besloten om hem in Hoek van Holland - het station ligt dicht aan het water - aan wal te zetten. Voor de oversteek over de Nieuwe Waterweg (de Maas) heb ik mij nog keurig gemeld over de marifoon en heb ik gezegd dat daar iemand van boord zou gaan. We kregen vervolgens over de marifoon te horen dat Marco nog even aan boord moest blijven: de waterpolitie wilde nog even een bezoekje komen brengen!
Mijn gestuntel over de marifoon en op het water heeft misschien wat alarmbellen doen rinkelen. Klein scheepje, over zee, aantal opvarenden, wil iemand aan wal zetten, signalement lange jongeman met donker krullend (kroes?)haar??? Klinkt als mensensmokkel, erop af! We werden bij de pier bij Hoek van Holland al opgewacht door de 'normale' politie om te voorkomen dat ik al mijn bootvluchtelingen ongezien aan wal zou sturen en dat deze prompt al onze banen in zouden pikken. De dienders waren reuze vriendelijk, hebben onze identiteitspapieren gecontroleerd, waarna we nog een half uur moesten wachten op de waterpolitie. Die hebben weinig anders gedaan dan deze papieren nogmaals in te zien en een korte blik aan boord van de Viking werpen. Wat voor reddingsmiddelen ik aan boord had en of ik andere registratiepapieren had. Maar ach, ik had mijn reddingsvestjes klaar liggen en ik ben gewoon pleziervaart en die hoeven aan weinig voorwaarden te voldoen. De havenpolitie was snel klaar. Marco werd door de politie afgevoerd , naar het treinstation dan wel, waar hij tot mijn spijt nét zijn trein miste voor zijn college in Rotterdam.
Het avontuur was nog niet voorbij. Op de vraag van de havenauthoriteit of ik navigatieverlichting kon voeren, heb ik iets te eerlijk geantwoord. Ja, ik heb navigatieverlichting, maar bij het installeren van de voorzetramen heb ik het heklicht moeten afkoppelen. Ik heb dus geen 'achterlicht' paraat, wat ik keurig heb gemeld. Wellicht is dit één van de redenen geweest dat de waterpolitie polshoogte is komen nemen. Mijn vader is echter zo slim geweest om de wel werkende navigatieverlichting (de lichten aan bakboord, stuurboord en het toplicht) al aan te zetten voordat de waterpolitie was gearriveerd. Die kwam ons tegemoet, dus zag niet dat het heklicht uit was toen ze aan kwamen varen. De waterpolitie heeft wel van de havenauthoriteiten te horen gekregen dat er iets met onze navigatieverlichting aan de hand was, maar niet exact wat. Onze navigatieverlichting in werkende staat deed de politie daarom besluiten om de zaak erbij te laten.
Waarna wij met gedeeltelijk werkende navigatieverlichting het donker invoeren, na de zeevaart en het marifoongebruik de zoveelste primeur van de dag. Het was door de tragere snelheid en het oponthoud met diverse authoriteiten al knap laat geworden. De beoogde dagbestemming in de jachthaven van Schiedam was niet echt meer haalbaar, het reisdoel werd bijgesteld naar Maassluis. Het aanmeren is hier iets lastiger, er staan vanwege de omvang van de schepen die er ligplaats nemen nogal grote meerpalen. Die van ongeveer een meter in doorsnee. Mijn vader ging van boord, nam de trein terug naar huis en mijn vriendinnetje kwam aan het eind van de avond aan boord.
Het einde van de dag kwam als een blok beton op mij neer. Het was zonder twijfel de meest intensieve vaardag die ik tot dan toe met de Viking had beleefd, intensiever dan de eerste tocht van Yerseke naar Rotterdam met alle sluizen. Dit was echt avontuur met zee en deining en havenpolitie en nachtvaren en marifoongesprekken. Een onvergetelijke dag, succesvol afgesloten.
Deel twee van de reis van vrijdag 29 februari volgt een andere keer, deze post is al lang genoeg inmiddels.
UMTS is geweldig en ik prijs mij gelukkig dat ik deze tijden van tomeloos consumptief gedrag kan deelnemen aan het najagen van materiële zaken. Dit gecombineerd met mijn internetverslaving (ik zal het maar ruiterlijk toegeven) heeft dit geresulteerd in een nieuw telefoonabonnement met onbeperkt internetgebruik voor € 7,- p.m. (tijdelijke aanbieding van Telfort) en een telefoon (Sony Ericsson K800i) die zelf blogposts, bij Blogger welteverstaan, kan aanmaken met bijbehorende foto. Can you say "I am a consumer whore"?
Maar goed, nog even iets over de reis, want ondanks dat ik velen van jullie al heb gesproken, is het toch leuk om mijn avonturen van een week geleden nog even de revu te laten passeren. Want avonturen waren het, echt heus waar.
Donderdag 28 februari. Het vertrek vanuit Vlissingen is voorspoedig verlopen, om 9:15 dus een kwartiertje later dan gepland. Niets bijzonders hier, vertrek voor de Viking is toch een soort verhuizing en over het algemeen loopt het vertrek vaak een half uur uit, als het niet meer is. Dat is niet erg, dat is ingecalculeerd en ik maak toch geen andere afspraken voor die dag, varen zelf is nog intensief genoeg.
Alle checklists nagelopen, olie gecontroleerd, walstroom afgekoppeld, luchtfilter schoongemaakt, fietsen aan boord, jachthaven afgerekend, boodschappen gedaan, water bijgevuld, auto naar de sloop gebracht (snif), reddingsmiddelen gekocht, vaantje gehesen, vader aan boord, Marco aan boord, havendeur open en varen maar. Toch een spannend moment, de Viking het ruime sop te laten kiezen, afgezien van het korte stukje van het kanaal door Walcheren naar de Vlissingse Michiel de Ruyterhaven had ik nog niet met de Viking op zee gevaren. Daar komt bij dat de Westerschelde toch niet echt open zee is. Dat merkten we toen we het Oostgat uitvoeren - de geul die de Westerschelde verbindt met de Noordzee. De zee werd gladder en de Viking begon te schommelen op de kalme deining van de zee. En knap te schommelen ook. Ondanks dat we met de beste weersomstandigheden onze zeetocht zijn aangegaan - windkracht 2 à 3 met goed zicht - rolde de Viking met soms een hoek van wel een graad of 40 heen en weer. Alles wat los stond, is omgevallen of verschoven, maar niets gebroken wat toch wel opmerkelijk is.
Dit geschommel was in de stuurhut draaglijk, maar toen ik eenmaal naar de kombuis was gegaan om thee en koffie te zetten, was het raak. In de schommelende keuken zonder horizon begon mijn evenwichtsorgaan te protesteren. Nog net op tijd klom ik weer uit de kajuit, met koffie en thee (missie geslaagd) maar was ik ook zwaar toe aan een zeeziektepilletje.
De tocht verliep tot aan de Maasmond verder voorspoedig met als enige aanmerking dat we minder vaart liepen dan ik had gedacht. De afstand tussen cardinale zeebetonning SH-S en "Hinder" bedraagt bij benadering acht zeemijl, deze afstand hebben we in 1:20 h afgelegd. Dit komt neer op een snelheid van 6 knopen (ongeveer 11 km/h) over de grond, wat behoorlijk onder mijn gegiste gemiddelde van een knoop of 7 à 8 voor de binnenwateren ligt. Dit terwijl we de DAF-motor zelfs nog iets meer de sporen hebben gegeven dan ik normaal zou doen. Misschien heeft het te maken met het geschommel, dat het schip hiermee met meer weerstand door het water liep of dat de schroef minder efficient het water kon verzetten.
Anyway, ik was toch blij toen de monding van de Maas in zicht kwam. De tocht was interessant over zee, maar echt leuk was het niet. Er was weinig van de Zeeuwse eilanden te zien en vooral de grote fabrieken en windmolens van Zuid-Holland boden uitzicht en houvast als herkenningspunten. Dit op zichzelf was handig voor navigatie aangezien het scheepskompas niet van de beste kwaliteit is, deze gaf nogal een miswijzing. Maar erg boeiend was het uitzicht eerlijk gezegd na enkele uren varen over de spiegelgladde zee niet meer.
De Maas ontving ons minder met open armen dan we hadden verwacht. Voor de monding patrouilleerde de RPA-15, een schip van de Rotterdamse Havenauthoriteiten. Na een head-on ramkoers te hebben gekozen, draaide het schip op een gegeven moment bij en kwam langszij. Een man in havenuniform kwam naar buiten en probeerde ons te woord te staan. Dit ging maar ternauwernood, ondanks het rustige weer maar door de spanning van wat ons nu aan het overkomen was, het geschommel, de afstand en het geronk van de motoren konden de beste man zich maar nauwelijks aan mij verstaanbaar maken. Een megafoon bood uitkomst. Waar we vandaan kwamen, waar we naartoe gingen, hoeveel opvarenden we aan boord hadden, of we navigatieverlichting hadden (het zou in een uur donker worden) en of we een marifoon aan boord hadden. Na met kloppend hart en knikkende knieën luidkeels zo goed mogelijk antwoord te hebben gegeven hanteerde ik voor het eerst de marifoon.
"Sector Maasmond aan de Viking"
- "Hier de Viking" ...
De exacte bewoording van het gesprek kan ik mij niet precies voor de geest halen, maar ik weet wel dat het lastig genoeg is om je eerste echte gesprek te voeren op een van de drukste vaarwateren ter wereld onder begeleiding van een toch best wel intimiderend havenauthoriteitschip. Maar het werkt op de Maas ongeveer zo (zoals ik die middag heb uitgevonden): de Maas is opgedeeld in een aantal sectoren die je als binnenvarend schip passeert. Iedere sector wordt in de gaten gehouden door een toezichthouder die, eigenlijk net als een verkeerstoren op een vliegveld, het vaarverkeer begeleidt en in de gaten houdt. Het probleem wat wij vormden, was dat wij hadden gepoogd te landen op een knap druk vliegveld zonder ons te melden bij de flight controller. Dat wordt niet zo op prijs gesteld.
Tegen de tijd dat de formaliteiten waren afgehandeld, was het al rijkelijk laat voor Marco om zijn college te halen, zodat we besloten om hem in Hoek van Holland - het station ligt dicht aan het water - aan wal te zetten. Voor de oversteek over de Nieuwe Waterweg (de Maas) heb ik mij nog keurig gemeld over de marifoon en heb ik gezegd dat daar iemand van boord zou gaan. We kregen vervolgens over de marifoon te horen dat Marco nog even aan boord moest blijven: de waterpolitie wilde nog even een bezoekje komen brengen!
Mijn gestuntel over de marifoon en op het water heeft misschien wat alarmbellen doen rinkelen. Klein scheepje, over zee, aantal opvarenden, wil iemand aan wal zetten, signalement lange jongeman met donker krullend (kroes?)haar??? Klinkt als mensensmokkel, erop af! We werden bij de pier bij Hoek van Holland al opgewacht door de 'normale' politie om te voorkomen dat ik al mijn bootvluchtelingen ongezien aan wal zou sturen en dat deze prompt al onze banen in zouden pikken. De dienders waren reuze vriendelijk, hebben onze identiteitspapieren gecontroleerd, waarna we nog een half uur moesten wachten op de waterpolitie. Die hebben weinig anders gedaan dan deze papieren nogmaals in te zien en een korte blik aan boord van de Viking werpen. Wat voor reddingsmiddelen ik aan boord had en of ik andere registratiepapieren had. Maar ach, ik had mijn reddingsvestjes klaar liggen en ik ben gewoon pleziervaart en die hoeven aan weinig voorwaarden te voldoen. De havenpolitie was snel klaar. Marco werd door de politie afgevoerd , naar het treinstation dan wel, waar hij tot mijn spijt nét zijn trein miste voor zijn college in Rotterdam.
Het avontuur was nog niet voorbij. Op de vraag van de havenauthoriteit of ik navigatieverlichting kon voeren, heb ik iets te eerlijk geantwoord. Ja, ik heb navigatieverlichting, maar bij het installeren van de voorzetramen heb ik het heklicht moeten afkoppelen. Ik heb dus geen 'achterlicht' paraat, wat ik keurig heb gemeld. Wellicht is dit één van de redenen geweest dat de waterpolitie polshoogte is komen nemen. Mijn vader is echter zo slim geweest om de wel werkende navigatieverlichting (de lichten aan bakboord, stuurboord en het toplicht) al aan te zetten voordat de waterpolitie was gearriveerd. Die kwam ons tegemoet, dus zag niet dat het heklicht uit was toen ze aan kwamen varen. De waterpolitie heeft wel van de havenauthoriteiten te horen gekregen dat er iets met onze navigatieverlichting aan de hand was, maar niet exact wat. Onze navigatieverlichting in werkende staat deed de politie daarom besluiten om de zaak erbij te laten.
Waarna wij met gedeeltelijk werkende navigatieverlichting het donker invoeren, na de zeevaart en het marifoongebruik de zoveelste primeur van de dag. Het was door de tragere snelheid en het oponthoud met diverse authoriteiten al knap laat geworden. De beoogde dagbestemming in de jachthaven van Schiedam was niet echt meer haalbaar, het reisdoel werd bijgesteld naar Maassluis. Het aanmeren is hier iets lastiger, er staan vanwege de omvang van de schepen die er ligplaats nemen nogal grote meerpalen. Die van ongeveer een meter in doorsnee. Mijn vader ging van boord, nam de trein terug naar huis en mijn vriendinnetje kwam aan het eind van de avond aan boord.
Het einde van de dag kwam als een blok beton op mij neer. Het was zonder twijfel de meest intensieve vaardag die ik tot dan toe met de Viking had beleefd, intensiever dan de eerste tocht van Yerseke naar Rotterdam met alle sluizen. Dit was echt avontuur met zee en deining en havenpolitie en nachtvaren en marifoongesprekken. Een onvergetelijke dag, succesvol afgesloten.
Deel twee van de reis van vrijdag 29 februari volgt een andere keer, deze post is al lang genoeg inmiddels.
Labels:
avontuur,
havenauthoriteiten,
Maas,
Noordzee,
Rotterdam,
varen,
Viking,
waterpolitie,
Westerschelde
Abonneren op:
Posts (Atom)